Ga naar de inhoud van deze pagina.
Netwerkbegroting 2025-2028 Netwerkbegroting 2025-2028 definitief

Financiering

INLEIDING

De paragraaf Financiering bevat de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille en geeft inzicht in de rentelasten, het renteresultaat, de wijze waarop rente aan investeringen, grondexploitaties en taakvelden wordt toegerekend en de financieringsbehoefte (BBV, artikel 13).

BELEIDSVOORNEMENS RISICOBEHEER FINANCIERINGSPORTEFEUILLE

Kasgeldlimiet

De kasgeldlimiet is het maximale bedrag waarmee een financieringstekort met een kortlopende lening gefinancierd mag worden. De tabel hieronder geeft de kasgeldlimiet voor het afgelopen jaar weer.

Begrotingstotaal (bedragen x € 1.000)

59.233

kasgeldlimiet = 8,5% van het begrotingstotaal

5.885

netto vlottende schuld per 1 januari 2025

5.486

Ruimte onbenutte kasgeldlimiet

399


Renterisiconorm

Om te voorkomen dat er jaarlijks grote wijzigingen in de rentelasten zijn, is de renterisiconorm voorgeschreven (Wet FIDO). De jaarlijkse aflossingen plus wijzigingen in de rente (bijvoorbeeld na afloop van een rentevaste periode is een nieuwe rentevaste periode met een herziene rente overeengekomen) mogen niet meer dan 20% van het begrotingstotaal zijn. Op grond van onderstaande tabel kan worden geconcludeerd dat we onder de renterisiconorm blijven.

Renterisiconorm

Bedragen x € 1.000

Rentevisie

We leven in een tijd waarin de rentestanden stijgen, na historisch laag geweest te zijn. Zeker in vergelijking met de periode van meer dan vijf jaar geleden. De rentestanden fluctueren, waarbij de trend een stijging te zien geeft t.o.v. het begin van 2024. De vooruitzichten zijn dat de gemeente niet meer spotgoedkoop terecht kan voor langlopende geldleningen. De gestegen inflatie speelt een belangrijke rol bij het stijgen van de rentestanden. Een voorspelling is moeilijk te geven, maar voor gemeente Zundert is het gevolg dat de meerjarige rentelasten vanaf 2026 stijgen. Het goede nieuws is dat de liquide positie van de gemeente gunstig is waardoor naar verwachting pas in de loop van het jaar 2025 weer een langlopende geldlening afgesloten hoeft te worden.

Wet houdbare overheidsfinanciën (Wet Hof)

De Wet Hof is op 1 januari 2014 in werking getreden. Op basis van deze wet moeten het Rijk en de decentrale overheden zich houden aan de doelstellingen in het Stabiliteits- en Groeipact. Eén van de doelstellingen is dat het nationaal begrotingstekort (het EMU-saldo) niet meer dan 3% mag zijn.

Het EMU-saldo is het saldo van de inkomsten en uitgaven van de overheid. Hierbij wordt dus gekeken naar geldstromen. Het EMU-saldo ziet er als volgt uit:

Kasstroomoverzicht

Bedragen x € 1.000

Toelichting:

  • De begroting van de Gemeente Zundert is opgesteld conform een (gemodificeerd) stelsel van baten en lasten. Het EMU-saldo gaat niet uit van baten en lasten, maar gaat uit van ontvangsten en uitgaven van de gemeente, berekend op transactiebasis.
  • Afschrijvingen: betreffen kosten, maar geen uitgaven.
  • Mutaties voorzieningen: dotatie voorzieningen betreffen kosten, maar geen uitgaven. De onttrekkingen zijn geen kosten, maar wel uitgaven.
  • Mutaties reserves: Toevoegen betreffen kosten, maar zijn geen uitgaven. Onttrekkingen zijn geen kosten, maar wel uitgaven.
  • Mutaties voorraden: Grondverkopen zijn geen baten, maar wel inkomsten.
  • Mutaties werkkapitaal: Betreft de mutaties in de posten crediteuren en debiteuren. Wanneer een vordering stijgt, zijn er wel meer baten, maar nog geen inkomsten.
  • Investeringen in vaste activa: Betreffen geen kosten, maar wel uitgaven.
  • Aflossingen langlopende vorderingen: Betreffen geen baten, maar wel inkomsten.
  • Nieuwe langlopende leningen: Betreffen geen baten, maar wel inkomsten.

RENTELASTEN EN RENTERESULTAAT

Manier waarop rentekosten worden doorbelast:

  • Voor de rentetoerekening aan activa wordt een vast rentepercentage toegepast van 1%.
  • Aan reserves en voorzieningen wordt geen rentetoerekening gehanteerd.
  • Aan grondexploitaties wordt een rente toegerekend van 0,8% in 2025.

Renteberekening

Bedragen x € 1.000

FINANCIERINGSBEHOEFTE

De financieringsbehoefte wordt afgeleid uit de liquiditeitsprognose, die periodiek meerjarig wordt opgesteld. Er is sprake van totaalfinanciering. De totale financieringsbehoefte is opgenomen in het geprognosticeerde kasstroomoverzicht en de hieruit voortvloeiende rentelasten zijn in de begroting verwerkt.